De aankomst van de Kattendijk op Texel, 22 juli 1702, Ludolf Bakhuizen (1702)
De Kattendijk was een 759 ton zwaar schip van de Nederlandse Oost-Indische vloot, gebouwd in Zeeland in 1694 en hier geïdentificeerd met de naam op de achtersteven van het grootste schip. Op 28 november 1701 vertrok ze met 90 matrozen en 25 soldaten uit Batavia. Na het ronden van Kaap de Goede Hoop in februari 1702 keerde ze terug met een vloot van 19 schepen, waaronder de Sion, links te zien. De schepen zijn afgebeeld op het Marsdiep, een slibvrij kanaal tussen het Nederlandse vasteland en het eiland Texel. Ondanks het woelige water domineren de schepen de zee en vormen ze een toonbeeld van de kracht van de Nederlandse marine. Dit werk werd niet lang na de gebeurtenis geschilderd.
