Dit landschap is ongewoon in zijn verheven, bijna vogelvluchtperspectief. Een dergelijke invalshoek kan worden gezien als een poging om op de Japanse manier naar de wereld te kijken, wat voor een kunstenaar die geobsedeerd is door Japan vanzelfsprekend is. We kunnen hier echter niet spreken van serieuze invloed: Van Goghs visie was individueel en kwam voort uit zijn eigen indrukken. De dynamiek die dit doek kenmerkt, is vreemd aan de landschappen van het Verre Oosten. Het schilderij heeft een enorme interne energie. De diagonalen die de randen van de velden en de geploegde groeven vormen, de contouren van de daken, de rij cipressen - dergelijke vectoren belasten de compositie, maar niet zozeer om de eenheid van het geheel te verstoren. Het is een studie uit de natuur. De inkleuring van het schilderij en de werking van de figuren laten zien dat het schilderij in de herfst is uitgevoerd, een tijd waarin Van Gogh niet alleen op het ziekenhuisterrein, maar ook daarbuiten werkte.
